Ook bekend als: Witte moerbei; Witte moerbezie
Morus alba, als er een boom in de geschiedenis van de mensheid is waarover koningen en spionnen zich druk hebben gemaakt, dan kan het haast niet anders dan dat dit Morus alba betreft. Deze plant heeft een buitengewone lange en interessante geschiedenis.
Weinig kritische gast
Witte moerbei zelf maakt dat allemaal geen ene moer uit. Hij leeft in het nu en gedijt op alle grondsoorten (zand, leem en klei), kan temperaturen tot minus 20 graden Celsius verdragen en staat het liefst op een zonnige of halfschaduw plek in de tuin. Als er iets wit is aan deze plant dan zijn het de bloemen die rond mei verschijnen, want de vruchten hebben al rijpende normaal gesproken een meer rode tot zwarte kleur. Al zijn er ook selecties die witte vruchten dragen. Het fruit is een stuk minder zoet dan dat van de zwarte moerbei (Morus nigra), maar vrucht is niet de reden dat deze plant al duizenden jaren geteeld wordt.
Roemruchte geschiedenis
Morus alba is namelijk de enige plant (boom) waar zijdevlinders zich op voortplanten. Zo’n 2600 jaar v.C. zien we in de westerse wereld de eerste meldingen over zijde in China. Daar had men goed in de peiling hoe waardevol deze schitterende en sterke draad was en welke prachtige gewaden er mee te maken zijn. De uitvoer van Morus alba vanuit China was ten strengste verboden want men wilde deze kennis graag voor zichzelf reserveren. Uiteraard liep dat volkomen mis. Rond het jaar 300 werd het naar Japan gesmokkeld. Daarna zagen twee spionnen naar verluidt kans om eitjes en zaden in holle bamboestokken te verbergen en deze naar Constantinopel (het huidge Istanbul) te smokkelen. Van daar verspreidde de zijdeproductie zich naar Griekenland en Italië.
Foutje, bedankt
Dat de zijderups echt alleen maar op witte moerbei gedijt, leerde Jacobus I van Engeland in 1605 op zure wijze toen hij in dat jaar een zijdefabriek in Engeland op probeerde te zetten met een partij moerbeibomen. Maar er gebeurde niets. Hij had per abuis (of uit onwetendheid) zwarte moerbei gekocht. De ene moerbei is dus duidelijk de andere niet. Niet dat het veel had uitgemaakt want de zijderups gedijt niet in ons West-Europese klimaat.
Veelzijdig
Morus alba kan tot 16 meter hoogte groeien maar laat zich ook uitstekend als dak- of leiboom inzetten. De boom heeft een mooi breed uitgaand karakter, waaronder je op een hete zomerdag lekker met een drankje kan vertoeven. De vlekken die het fruit maakt zijn echter uiterst lastig te verwijderen dus als je hem gaat leiden, voer hem dan niet over stenen oppervlakken die je liever niet bezoedelt. Neem dan bijvoorbeeld de nagenoeg vruchtloze selectie: Morus alba ‘Fruitless’ of de grootbladige en weinig vrucht-producerende Morus alba ‘Macrophylla’. Gebruik de gewone alba dan als afzetting van een perceel of verheug je over de vele vlekken op de oprit omdat je ze ziet als een bewijs van de overvloedigheid van Moeder Aarde.
Als je van goede verhalen en geschiedenis houdt, plant je Morus alba. Ga je voor het fruit dan plant je beter zijn zwarte neef. In dat geval kun je de historie van de witte moerbei uiteraard ook uitbundig uit de doeken doen. Toch is het mooier als je naast die grote zwarte dan ook naar die witte kunt wijzen en de verschillen tussen het fruit zelf kunt proeven. Redenen te over om Morus alba te planten. Doen dus!
Bestel een Morus alba bij Den Mulder boomteelt
Den Mulder Boomteelt in Grubbenvorst is gespecialiseerd in het kweken van bomen en heesters en heeft meer dan 2.000 soorten uit eigen kwekerij. Bij Den Mulder Boomteelt koopt u rechtstreeks bij de kweker, die u direct kan adviseren over teelt, aanplant en verzorging. Bekijk alle Morus soorten in ons assortiment.
Deze plant is ook verkrijgbaar als:
Plantenkenmerken
Herkomst
Botanische benaming | Morus alba leiboom |
---|---|
Nederlandse benaming(en) | Witte moerbei; Witte moerbezie |
Gewasgroep | Bomen |
Familie | Moraceae, Moerbeifamilie |
Herkomst | China |
Extra informatie | Trees and Shrubs Online |
Wikipedia |
Vorm / Maat
Natuurlijke vorm | Rondvormig, Ovaalvormig |
---|---|
Volwassen hoogte | 12-16 m |
Volwassen breedte | 8-12 m br. |
Plantkenmerken
Bladkleur | Groen |
---|---|
Wintergroen | Bladverliezend |
Herfstverkleuring | Geel, Opvallende herfstverkleuring |
Bloemkleur | Groen |
Groeikracht | Gemiddelde groeisnelheid |
Bloeiperiode | Mei, Juni |
Vruchtkleur | Rood, Wit |
Pluktijd | Augustus |
Biodiversiteit | Voedselplant voor vogels |
Standplaats
Winterhardheid
Meer over >winterhardheid
|
Zeer goed (zone 5) |
---|---|
Lichtbehoefte | Zonnig, Halfschaduw |
Grondsoort | Licht (zandig), Medium (lemig), Zwaar (kleiig), Veen |
Bodemvochtigheid | Verdraagt droge grond |
Verharding
|
Verdraagt geen verharding |
Windbestendigheid | Verdraagt wind matig |